Marieke heeft gewerkt als verpleegkundige. Vervolgens kwam zij via een studie Gezondheidswetenschappen in beleidsfuncties terecht, maar ze was niet helemaal tevreden. Ze besloot om leefstijlcoach te worden. Tijdens de opleiding ging ze aan de slag met een plan voor na de opleiding. Ze gaf zichzelf twee jaar de tijd om er fulltime voor te gaan. En met succes! Hoewel Marieke zichzelf eerst niet als ondernemer zag, heeft ze nu een bloeiend bedrijf [stappen in leefstijl]. Waarbij wie ze is en wat ze doet naadloos op elkaar aansluiten.
Hier vind je een bewerkte transcriptie/samenvatting van het gesprek.
Mijn naam is Marjolein Pouw. Namens de Leefstijlcoach Academy ga ik in gesprek met Marieke Wenting, die daar haar opleiding heeft gevolgd. We hebben het uiteraard over de opleiding zelf, maar ook over het werk van Marieke op dit moment. Welkom Marieke, wat fijn dat je er bent.
Marieke Wenting:
Zeker, dank je! Ik had een prima reis richting Amsterdam. Ik stapte alleen in Utrecht in een verkeerde bus—niet goed gekeken—but verder is alles goed verlopen.
Marjolein Pouw:
Wil je kort vertellen wie je bent en waar je vandaan komt?
Marieke:
Ik ben Marieke Wenting, 50 jaar. Ik woon samen met Sander, onze twee pubers en twee honden in Utrecht. We wonen in een heel leuk jaren-30-wijkje: we zijn zo in de stad, maar ook zo weer buiten de stad—dus we wonen er heel fijn. Sinds een paar jaar ben ik leefstijlcoach; daar gaan we het zo uitgebreid over hebben.
We hebben elkaar eerder gesproken, en ik weet dat je niet altijd leefstijlcoach bent geweest—je begon als verpleegkundige, klopt dat?
Na het atheneum ben ik HBO-Verpleegkunde gaan doen in Eindhoven. Ik wilde “iets met mensen” (zoals veel mensen dat willen) en ook graag de wereld wat verkennen. Vanuit Zuid-Limburg ging ik naar Eindhoven. Leuke opleiding. Ik ben als verpleegkundige in het ziekenhuis gaan werken en merkte vrij snel dat ik dit niet mijn hele leven wilde doen. Na een jaar ben ik deeltijd Gezondheidswetenschappen gaan doen, zodat ik verpleegkundige kon blijven werken. Na een jaar of vijf als verpleegkundige ben ik vooral beleids- en managementfuncties in de ouderenzorg gaan doen. Dat heb ik lang met veel plezier gedaan.
Marjolein Pouw:
Je zegt: ik wilde dat niet heel veel langer doen als verpleegkundige. Wat vond je minder leuk?
Marieke:
Ik wilde me al snel bemoeien met het beleid van de afdeling—en dat is niet het werk dat je als verpleegkundige doet. Dat was een belangrijke reden om te kiezen voor “wel in de zorg, maar vanuit een andere hoek”.
Marjolein Pouw:
Was je als verpleegkundige bezig met leefstijl—bij jezelf of bij patiënten?
Marieke:
Ik werkte eerst op een neurologische afdeling en daarna op longziekten. Grappig detail: toen hadden we nog een rookruimte op de afdeling—dat kun je je nu niet meer voorstellen. Mensen werden soms even van de zuurstof afgekoppeld (of juist eerst aan de zuurstof gezet) zodat ze daarna konden roken. Dat vonden we toen niet eens zo gek. Zelf was ik er niet superbewust mee bezig, maar ik heb altijd een redelijk gezonde leefstijl gehad. Niet enorm sportief, maar ik fietste naar mijn werk, hield van wandelen, was graag buiten, zwom wel eens of deed een lesje sportschool—alles met mate. Ik heb nooit gerookt. Eten en diëtiek vond ik tijdens de opleiding trouwens geen leuk vak; die interesse kwam pas later, eigenlijk tijdens de leefstijlcoach-opleiding.
Wat me vooral trok in de opleiding was gedragsverandering—mensen in beweging brengen, letterlijk en figuurlijk, en naar buiten gaan.
Marjolein Pouw:
Gedragsverandering gaat over regie nemen. Dat deed jij ook toen je dacht: ik wil meer dan aan het bed staan; ik wil beleid maken en ging verder studeren.
Marieke:
Zeker. Eigenlijk al op de middelbare school, met de keuze om het huis uit te gaan, op jezelf te wonen, dingen ontdekken; later in Utrecht gaan wonen. Steeds bedenken: wat vind ik belangrijk en leuk, en dat in verbinding met anderen blijven opzoeken.
Marjolein Pouw:
Er moet een moment zijn geweest waarop je dacht: nu ga ik er ook écht iets mee doen.
Marieke:
Ja. Toen mijn kinderen een jaar of vier en zes waren, dacht ik: ik moet actiever aandacht besteden aan sporten en bewegen. Ik was eind dertig, begin veertig. Ik ben gaan hardlopen: graag buiten zijn, en efficiënt—deur uit is beginnen; thuis ben je klaar, geen reistijd, geen gedoe. Dat ben ik blijven doen. Ik merkte ook: als je minder lekker in je vel zit, helpt hardlopen enorm; je bent alleen nog met het lopen bezig, je ontstresst.
In mijn laatste baan vóór de opleiding zat ik niet op mijn plek; rationeel dacht ik “een jaar volhouden”, en toen ben ik heel veel gaan hardlopen. Stiekem schreef ik me in voor de marathon van Rotterdam. In de kerstvakantie—ongeveer een half jaar in die baan—was ik heel moe. Op vakantie met vrienden liep ik veel in het bos en dacht: dit moet nu anders. Ik werd blij van buiten zijn en lopen en wilde anderen daar ook op attenderen.
Op 1 januari vertelde ik de rest dat ik de marathon ging lopen (mijn man wist het al; het kost tijd) én onderweg naar huis besprak ik met Sander dat ik me wilde inschrijven voor de leefstijlcoach-opleiding. Volgens mij had ik een week later al de intake met Wil, de eigenaar van de Leefstijlcoach Academy.
Marjolein Pouw:
Mooie stap! Daarom heet je website waarschijnlijk “Stappen in Leefstijl”.
Marieke:
Klopt. En ja: ik lees vaak dat buiten zijn, wandelen of hardlopen ook effectief is bij sombere klachten. In de huisartsenpraktijk is de richtlijn: bij neerslachtigheid (niet ernstige depressie) eerst adviseren om te gaan bewegen—liefst buiten. Je bent in het hier-en-nu en hebt minder ruimte om te piekeren; dat werkt ontstressend. Wandelen heeft dat effect ook; ik koos later meer voor hardlopen omdat het sneller is—minder tijd dan een lange wandeling.
Marjolein Pouw:
Je houdt er wel van om de vaart erin te houden. Als je besluit, ga je ervoor.
Marieke:
Zeker. Als ik het besluit, sta ik erachter.
Marjolein Pouw:
En dan stap je de Academy binnen. Hoe was de eerste dag?
Marieke:
Ik had er veel zin in. Ik ging nét te laat weg—beetje stress om op tijd binnen te stappen—en ik kwam als één van de laatsten binnen. Het voelde meteen goed. De docenten inspireerden, en we hadden een fijne groep van zo’n 18 mensen: mannen en vrouwen, met verschillende achtergronden—zorg, onderwijs, maar ook totaal andere richtingen. Iedereen had een persoonlijk verhaal waarom ze de opleiding gingen doen. Dat was inspirerend. Voor veel mensen was het ook echt een stap om het anders te gaan doen.
Marjolein Pouw:
Had je al een plan toen je begon? Of liet je het op je afkomen?
Marieke:
Ik wilde graag weer “iets met cliënten” doen—een relatie met individuele cliënten, zoals in de verpleging. In mijn latere banen was dat minder. Of ik dat als zelfstandige of vanuit een organisatie wilde doen, wist ik nog niet.
In deze opleiding was ondernemerschap één van de vier pijlers. Dat paste goed, want ik had bewust een functie gekozen die naast de opleiding kon en in die organisatie was leefstijl óók een thema. Dus of het daarbinnen of als zelfstandige zou worden—die vraag zou sowieso komen.
Marjolein Pouw:
Hoe werd ondernemerschap vormgegeven?
Marieke:
Er waren lesblokken over ondernemen. We maakten bijvoorbeeld een persona voor wie je de website schrijft—je doelgroep. En één van de examenonderdelen was het opleveren van een ondernemingsplan. Dat hielp enorm. Ik dacht eerst ook: “Ik ben geen ondernemer.” Maar doordat het een onderdeel van de opleiding is, word je uitgedaagd erover na te denken. Daarna kun je nog kiezen wat je ermee doet, maar je hébt een plan. Dat hielp mij om de eerste stappen te zetten.
Marjolein Pouw:
Vertel over die eerste stappen.
Marieke:
Na de opleiding ben ik begonnen met inschrijven bij de beroepsvereniging, nadenken over de naam en het logo. In januari—drie jaar geleden—schreef ik me in bij de Kamer van Koophandel. Belangrijke stap: nu is het echt. Ik besloot het twee jaar fulltime de kans te geven—geen baan ernaast—en kijken of er brood in zit. Thuis goed afgestemd; gelukkig kon het.
Het was coronatijd: afspraken bij huisartsenpraktijken waren lastig. Ik zorgde snel dat mijn website op orde was, had materiaal om uit te delen. Af en toe kwam er via een praktijkondersteuner een uitnodiging voor een gesprek. Zo leer je je verhaal beter vertellen: kort waar je voor staat en wie je bent.
Na zo’n opleiding is actief netwerken echt belangrijk. Je kunt thuis bedenken dat je het wilt doen, maar dan weet niemand het. Spannend, want je hebt nog geen ervaring. Op de opleiding maakten we een elevator pitch van twee minuten—dat werd mijn belscript. Ik zocht een lijst van huisartspraktijken in Utrecht op, belde, probeerde binnen te komen en ging van daaruit verder. Na een paar maanden had ik de eerste intakes, en in juni startte mijn eerste groep—een mijlpaal.
Marjolein Pouw:
Een groep?
Marieke:
Ja. Een deel van mijn werk is het begeleiden van mensen via de Gecombineerde Leefstijlinterventie (GLI): een programma van twee jaar, met verschillende varianten, bedoeld om mensen te leren gezonder te leven op een manier die bij hen past en die ze kunnen volhouden—met als effect ook gewichtsverlies. Doelgroep: mensen met overgewicht of obesitas; je hebt een verwijzing van de huisarts nodig; het wordt volledig vergoed door de zorgverzekering. Je begeleidt twee jaar in groep én individueel.
Mooi is dat zo ook mensen met een smallere beurs terechtkunnen. In mijn ondernemingsplan had ik GLI eerst als klein deel opgenomen, maar ik ontdekte hoe leuk het is om juist die GLI te doen. Je hebt iedereen aan tafel: van bedrijfsarts en psycholoog tot schoorsteenveger, vrachtwagenchauffeur, verpleegkundigen, mensen uit het onderwijs, mensen die (nog) niet werken, verschillende culturen—heel divers.
Marjolein Pouw:
Hoe ziet de rest van je werk eruit?
Marieke:
Ik begeleid ook individueel, soms via de bedrijfsarts (bij dreigend verzuim of preventie), soms melden mensen zich zelf. Daarnaast doe ik aanverwante projecten. Zo begeleid ik “Smart Size”, ontwikkeld o.a. door Ingrid Steenhuis en de VU—voor mensen die nog vóór GLI zitten. Dat doen we met de gemeente Utrecht; het is subsidie-gedreven.
Verder ben ik begonnen met lesgeven aan leefstijlcoaches-in-spe op de Hogeschool Ede (heel leuk om kennis en ervaring over te dragen, ook interview-vaardigheden). En ik draai meer mee in projecten, bijvoorbeeld bij de gemeente over Positieve Gezondheid of hoe je leefstijlprogramma’s toegankelijker maakt voor mensen met een lage sociaaleconomische status—want er is nog een drempel: mensen kennen de weg niet altijd goed.
Marjolein Pouw:
Ik hoor geen verpleegkundige meer; ik hoor een zelfstandige ondernemer die zich breed heeft ontwikkeld in leefstijlinterventie en gedragsverandering. Heeft het je gebracht wat je hoopte?
Marieke:
Zeker. Officieel ben ik “verpleegkundige niet-praktiserend” (ik sta niet meer in het BIG-register), maar die roots vind ik fijn om te hebben. Veel cliënten hebben een medische achtergrond; als coach is het niet per se nodig, maar het helpt soms om snel te duiden wat er speelt of om met de POH of huisarts te schakelen. Ik heb veel stappen gezet en ben daar trots op. Het mooiste vind ik dat wie ik ben en wat ik doe naadloos op elkaar aansluit; dat geeft veel energie.
Marjolein Pouw:
Eén van je opleiders, Ingrid Steenhuis, schreef ook een boek voor zorgprofessionals: Ik ga het gewoon doen. Het ligt hier voor ons, met prachtige handvatten die helpen bij het begeleiden van individuen en groepen. Ook de zorgprofessional aan het bed of de diëtist heeft hier veel aan.
Marieke:
Eens. Mensen komen pas op een bepaald moment bij de leefstijlcoach; idealiter is het niet eens nodig. We weten dat het vaak lang duurt tussen het eerste advies van de huisarts en de daadwerkelijke stap. Elke professional die mensen alvast op weg helpt, draagt bij.
Marjolein Pouw:
Wat zijn je plannen?
Marieke:
Mijn core business blijft de komende tijd mensen begeleiden—coachen, in groepen en individueel. Ik ben samen met een fysiotherapiepraktijk en een diëtist ook “Beweegkuur” gaan aanbieden—leuk en uitdagend. Daarnaast wil ik de verhouding iets verschuiven richting ondersteunende projecten, om meer aandacht te vragen voor de obesogene leefomgeving.
Marjolein Pouw:
Wat is een obesogene leefomgeving?
Marieke:
De omgeving (de maatschappij) die het voor mensen steeds lastiger maakt om gezond te leven, waardoor steeds meer mensen te zwaar zijn. Je stapt Station Sloterdijk uit en loopt letterlijk tegen een muur van vet en zoet.
Marjolein Pouw:
Het was een plezier om met je te praten en te horen over je werk en enthousiasme—wat je beweegt om dit te doen. Nog één vraag: hoe is die marathon afgelopen?
Marieke:
Heel goed! Ik heb goed doorgetraind. De tijd in mijn hoofd haalde ik nét niet, maar ik was uitermate tevreden en vond het superleuk. Ik wilde het jaar erna weer, maar toen kwam corona en kregen we een hond—toen was er even geen tijd. Maar het staat nog steeds op mijn lijstje.
Marjolein Pouw:
Dank je wel, Marieke, voor je tijd.
Marieke:
Graag gedaan! Leuk dat je geluisterd hebt naar mijn verhaal. Op onze website van de Leefstijlcoach Academy vind je meer verhalen uit het werkveld. Wil je ook leefstijlcoach worden? Bekijk het opleidingsprogramma op onze website. Dankjewel voor het luisteren naar deze podcast.